Nationaal Park Circeo ligt in het zuiden van de regio Lazio in Italië, het natuurgebied ligt aan de kust tussen de plaatsen Anzio en Terracina in de provincie Latina. Het nationale park Circeo heeft een oppervlakte van 84,4 vierkante kilometer en is genoemd naar de Monte Circeo.

De berg Circeo is een uitloper van de Apennijnen en heeft een hoogte van 541 meter, aan de voet van de berg liggen de Pontijnse moerassen. Deze Pontijnse moerassen zijn ontstaan door het opdrogen van een lagune en er zijn in het verleden een aantal Romeinse steden in het gebied opgericht. De meest zuidelijke uitloper van het nationale park is de Capo Circeo met op de kaap de vuurtoren en op korte afstand van het dorp San Felice Circeo.

Een deel van het nationale park is ook een Unesco biosfeerreservaat, binnen het biosfeerreservaat liggen duinen, drie kustmeren, moerasgebieden, het staatsbos, het kalksteen gebergte van de Circeo berg en weilanden of landbouwgebieden. Het kerngebied van het biosfeerreservaat is onbewoond, in de bufferzone liggen de kustplaatsen Sabaudia en San Felice Circeo.

In het nationale park Circeo liggen ook vier Ramsar wetlanden, dit zijn: het Lago di Sabaudia, het Lago di Caprolace, het Lago dei Monaci en het Lago di Fogliano. Elk wetland omvat een belangrijke kustlagune of een meer en het zijn belangrijke gebieden voor broedende en migrerende vogels en voor een aantal soorten om te overwinteren. De vier wetlanden zijn de overgebleven gebieden van de Pontijnse moerassen en de voornaamste reden voor de oprichting van het nationale park was en is de bescherming van deze vogelrijke gebieden.

De kustlijn van het nationale park Circeo heeft een lengte van 22 kilometer en in het gebied liggen stranden en duinen aan de Tyrreense Zee. De stranden en het duingebied liggen tussen de Torre Astura in het noorden en de Torre Paola in het zuiden, de twee torens Astura en Paolo zijn onderdeel van de verdedigingstorens langs de kust van Lazio. De stranden zijn in de zomermaanden toegankelijk en er liggen houten loopbruggen om de vegetatie in het gebied te beschermen.

Het eilandje Zannone is het meest noordelijke eiland van de Pontijnse Eilanden en ligt volledig binnen het nationale park. Het Zannone eiland is onbewoond en een belangrijk gebied voor migrerende vogels met een mediterrane vegetatie. Het eilandje Zannone kan bezocht worden maar het is verboden om er te ovenachten, op het nabij gelegen Pontijnse eiland Ponza is overnachten wel mogelijk.

Het bos in het natuurgebied Circeo is een broekbos of een moerasbos en kenmerkend zijn de natte gebieden in het bos die overgebleven zijn van de Pontijnse moerassen. In het bos groeit onder andere de zomereik, donzige eik, moseik, steeneik en de kurkeik, het is een groot bos met een oppervlakte van 33 vierkante kilometer en er is een dicht netwerk van wandelpaden en fietspaden.

In het natuurgebied liggen veel grotten, de zeegrotten kunnen met een kleine boot worden bezocht, het bootje kan gedeeltelijk in sommige grotten varen en er kan gezwommen worden in de grotten. De Grotta delle Capre; de Grot van de Geiten kan vanaf het land worden bezocht en is genoemd naar de herders die hier vroeger bij slecht weer in de grot schuilden met hun kudde geiten.

Nationaal park Circeo ligt op korte afstand van de plaatsen Anzio, Tarracina en Formia en het is een relatief onbekende bestemming met goede zandstranden, grotten en wandel- en fietspaden. De routes zijn goed aangegeven en er zijn verschillende soorten excursies mogelijk vanuit deze omliggende plaatsen.