Nationaal Park Lahemaa
Nationaal Park Lahemaa ligt in het noorden van Estland aan de Finse Golf en 50 kilometer ten oosten van de stad Tallinn. Nationaal Park Lahemaa is het grootste park van Estland en heeft een oppervlakte van 725 vierkante kilometer waarvan 250,9 vierkante kilometer bestaat uit zee. In het natuurgebied liggen de vier schiereilanden Juminda, Parispea, Kasmu en Vergi, de schiereilanden zijn gescheiden door vier baaien en daarom wordt het nationaal park Lahemaa of “Land van Baaien” genoemd. In het ruige natuurgebied zijn veel bossen, moerassen, wetlands (drasland), rivieren, watervallen en stranden.
Nationaal Park Lahemaa landschap
Het nationale park Lahemaa is onderverdeeld in verschillende gebieden, een gedeelte van het land wordt al ruim 4.000 jaar bewoond. Het bewoonde gedeelte is nu een cultuurlandschap met gerenoveerde landhuizen in het dorp Vihula, het dorp Kolga, het dorp Sagadi en op het landgoed Palmse maar er zijn ook oude gebouwen en archeologische ruïnes. Een belangrijk doel in het cultuurlandschap is de instandhouding van de traditionele landbouw, visserij en bosbouw. Ruim 70% van het nationale park is een nagenoeg oorspronkelijk natuurlijk landschap.
Het zuidelijk deel van het park werd gevormd tijdens de laatste ijstijd, op de morene heuvels groeien bossen en in de zandige trogdalen zijn meren en venen ontstaan. De laagvlakte langs de kust is gevormd door de Oostzee, nadat de gletsjers zich hadden teruggetrokken ontstond er een grote zee en eilanden die later veranderden in schiereilanden. Door de gletsjers werden talloze zwerfkeien aangevoerd, veel van deze stenen uit de ijstijd hebben gigantische afmetingen.
In het natuurgebied liggen een aantal rivieren, de grootste rivier is de Valgejogi. De Valgejogi, de “Witte rivier”, heeft een lengte van 85 kilometer en mondt uit in de Hara baai, deel van de Finse Golf. Het Kahalameer (Lake Kahala) is het grootste meer in Lahemaa met een oppervlakte van 346 hectare.
Er zijn goede stranden aan de verschillende baaien, onder andere bij Kasmu en bij Vosu.
Flora en fauna
In het nationale park zijn veel gemengde bossen en dennenbossen, in de vochtige gebieden liggen hoogvenen. Langs de hoogvenen groeien elzen, berken en dennen en bij Tsitre in het westen van het natuurgebied groeit een essenbos gemengd met walnoot. In het gebied groeien circa 840 soorten planten, veel mossen, kortmossen en paddenstoelen. In het nationale park Lahemaa leven 37 soorten zoogdieren, 215 soorten vogels en 24 verschillende soorten vissen. Dieren in het gebied zijn onder andere de wolf, bruine beer, lynx, boommarter, vos, hermelijn en de otter.
Vogelsoorten in het natuurgebied zijn onder andere de zwarte ooievaar, witte ooievaar, schreeuwarend, slechtvalk, holenduif, scharrelaar en waterspreeuw. Langs de kust broeden sterns, kokmeeuwen, rietganzen, zwanen en eiders of eidereenden. In het voorjaar en in de herfst is Lahemaa een belangrijke pleisterplaats voor duizenden trekvogels.
Bezoekerscentrum
Nationaal Park Lahemaa is gratis toegankelijk en een populaire ecotoerisme bestemming, op een aantal locaties zijn er gratis kampeerplaatsen voor tenten. Vanuit Tallinn zijn er excursies naar het natuurgebied en er zijn goede fietspaden en wandelpaden zoals de wandelroute bij Viru raba. Op het landgoed Palmse ligt een bezoekerscentrum met veel informatie over de omgeving en een natuurhistorisch museum. Het bezoekerscentrum is van 15 mei t/m 15 september elke dag geopend van 09:00 tot 17:00 uur en van 16 september t/m 14 mei alleen van maandag t/m vrijdag geopend, in het weekend gesloten.